1. Voorwoord

Beste lezers van het Bulletin,

Voor u ligt het tweede Bulletin van het jaar 2023. Bij afwezigheid van onze voorzitter mag ik het voorwoord schrijven. Inmiddels zo’n anderhalf jaar secretaris, viel ik vorig jaar met de neus in de boter: de laatste hand werd gelegd aan het boek over begraafplaats Daalseweg. Een prachtig cadeau, 50 jaar na de oprichting van onze stichting. Hebt u interesse in het boek, wees dan snel, want we zijn bijna door de oplage heen. Meer info vindt u hier.

Inmiddels heeft het overleg tussen de gemeente, de beheerder (Stichting Begraafplaatsen Nijmegen) en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed resultaat opgeleverd. Er zijn goede vooruitzichten voor de restauratie van de verzwakte muur en van grafmonumenten. We zullen u de komende tijd op de hoogte houden van de vorderingen, en de rol die ook onze stichting daarin gaat spelen.

In dit Bulletin vindt u diverse verhalen over deze begraafplaats. Zo is daar een overzicht van de bijzettingen – een twintigtal – in 2022, maar ook de achtergrond bij het graf uit 1904 van Maria Luermans. Na het overlijden van haar echtgenoot vond zij een bestaan als herbergierster in de Swaonegas (tegenwoordig Piersonstraat), in die tijd “berucht om haar asociale bewoners” – in het volgende Bulletin komen we terug op een gevolg van die term in de Tweede Wereldoorlog. Déze keer schrijft Bert Eggelaar over de sporen van beschietingen in die oorlog. Sporen van inslagen van kogels en granaatscherven zijn op talloze grafmonumenten te vinden, met name uit enkele septemberdagen in 1944, toen hier een Amerikaanse mortiereenheid was ingegraven. Bart Janssen beschrijft het verhaal van Addy, die bij het bombardement van 22 februari 1944 haar broertje Jopie verloor.

Agnes Lewe schreef een artikel over Mr. Wijnand Gijsbertus de Knokke van der Meulen, begraven op begraafplaats Stenenkruisstraat. Eén van de welgestelden die vanuit het dorpse Oss in onze stad kwam studeren, en er ook terugkeerde na een loopbaan bij de rechtbank in Goes. Hij was o.a. betrokken bij de oprichting in 1885 van de eerste Nederlandse wielrenbaan, op de plek waar nu de Vereeniging staat.

Tenslotte vindt u in dit Bulletin een gedicht van Gerard Kessels, een verslag van de NLdoet-dag op 11 maart jl. en het excursieprogramma voor dit jaar.

Ik wens u veel leesplezier.

Alex de Meijer

2. Donateurs gezocht

Beste ontvanger van ons bulletin,

Het Bulletin is een gratis dienst van onze stichting. Net als de overige diensten en activiteiten die In Paradisum uitvoert ten behoeve van nabestaanden en belangstellenden.

Echter het kunnen aanbieden van diensten, informatie en activiteiten is voor In Paradisum niet gratis. Denk aan het onderhoud van de website en de inzet van vrijwilligers, onder andere voor:

  • Organiseren en uitvoeren van rondleidingen op de begraafplaatsen op ‘Daalseweg’, ‘Stenenkruisstraat’ en ‘Dorpsstraat’;
  • Activiteiten realiseren rond NLDOET en Open Monumentendagen;
  • Informatieverstrekking over graven en hulp bij onderzoek naar graflocatie of genealogische bronnen;
  • Organisatie en inzet bij jaarlijkse herdenking van de slachtoffers 22-02-1944, het bombardement op Nijmegen;
  • Gesprekspartner zijn voor gemeentelijke overheden, beheerders van begraafplaatsen en landelijke instellingen op terrein van funerair erfgoed.

Stichting In Paradisum is dankbaar dat donateurs met hun jaarlijkse bijdrage haar werk ondersteunen. In Paradisum ontvangt geen gemeentelijke subsidies; het is een stichting zonder winstoogmerk.

Maar stichting In Paradisum zoekt wel meer donateurs. Het is nodig.

Graag richten wij ons met deze oproep tot de niet-donateurs om ook donateur te worden en zo onze stichtingsactiviteiten te ondersteunen door aanmelding via onze website.

3. Graf DAA 09-02-23: M. Pellen-Luurmans (Documenten/Genealogie algemeen)

Genealogische details

Henricus LORMANS (LUERMANS), wever, hospitaalkok, leijendekkersknecht, ziekenoppasser, hospitaalbediende, geboren op 12 juni 1799 te Nijmegen, gedoopt op 12 juni 1799 te Nijmegen (Augustijnenkerk), peter en meter: Henricus Joannis Hasselo en Hendrina Bukers, overleden op 23 januari 1873 te Nijmegen op 73-jarige leeftijd, zoon van Hermannus (Hermanus) LUERMANS (LEURMANS, LORMANS), meester leijendekker, wever, en Hermina HASSELOO (ASSELOO).

Gehuwd op 29-jarige leeftijd op 5 maart 1829 te Nijmegen met Maria Geertrudis HOOGBOOM (HOOGENBOOM), 27 jaar oud, dienstmaagd, geboren op 25 juni 1801 te Nijmegen, gedoopt op 26 juni 1801 te Nijmegen, statie der augustijnen, peter en meter: Joannes Willemse en Margarita Stappers), overleden op 14 november 1874 te Nijmegen op 73-jarige leeftijd, dochter van Leonardus Christianus (Linderus) (Lindert) HOGENBOOM (HOOGENBOOM), metselaarsknecht, en Johanna WILHEMSEN (WILHEMSE, WILLEMSE).

Kinderen uit dit huwelijk:

4. Maria LUERMANS, dienstmeid, herbergierster, geboren op 11 januari 1833 te Nijmegen, overleden op 26 maart 1904 aldaar op 71-jarige leeftijd.

Gehuwd op 34-jarige leeftijd op 24 april 1867 te Utrecht (getuigen: Cornelis van Gelderen, conciërge, 45 jaar, Cornelis Martinus van Giessen, 75 jaar, Jan Smit Tjabing, 59 jaar en Willem Leendert van der Gulden, stadsbode, 50 jaar). Echtgenoot is Rut PELLEN (Rutgerus), 40 jaar oud, militair (mineur), kampwachter, gepensioneerd korporaal der mineurs, geboren op 20 december 1826 te Vuren (thans gemeente West-Betuwe), overleden op 31 juli 1877 te Soesterberg (gemeente Soest) wijk D, nummer 66 op 50-jarige leeftijd. Zoon van Dirk PELLEN, arbeider, en Josina van den BERG.

Maria LUERMANS en Dirk PELLEN

Maria en Rut trouwden met toestemming van den Kolonel Kommandant van het batallion Mineurs en Sappeurs. Nadat Rut overleden was, ging Maria terug naar Nijmegen waar zij een bestaan vond als herbergierster in de Zwanengas (tegenwoordig Piersonstraat) op nummer 46. Tot haar dood in 1903 bleef zij hier wonen. Een erg deftige straat was het niet. De Nijmeegse historicus Dr. Jan Brinkhoff schreef over de Zwanengas: “Berucht om haar asociale bewoners was de Swaonegas (….). Destijds was de naam alleen al spreekwoordelijk voor de hevigste graad van pauperisme, verwaarlozing en vervuiling. Een degelijke huismoeder kon haar zoon, die op straat gestreupt had en met de gevolgen van dien huiswaarts keerde, niet dieper vernederen dan door tegen hem uit te varen in termen als deze: Jong, wa sie je d’r uut; je liekent er wel eentje uut de Swaonegas.1

Maria werd na haar overlijden begraven op het kerkhof op de Daalseweg, vak 09, rij 2, graf 23. Haar graf bestaat nog steeds.

Frans en Ans Savelkouls.

De Zwanengas waar Maria Luermans een herberg dreef. Opname uit circa 1900. (Foto RAN).

1 Dr. J. Brinkhoff, Nijmeegs Taalschoon (Artikel in Numaga, Tijdschrift gewijd aan heden en verleden van Nijmegen en omgeving, jaargang XI, nr. 4, november 1964)

4. Bijzettingen op de begraafplaats Daalseweg in 2022

Verdrietig om het gemis maar dankbaar voor de goede herinnering. Zo gedenken wij hen die in deze periode zijn begraven op de begraafplaats aan de Daalseweg in Nijmegen.

Franciscus Eijkhout, geb. 14-9-1928 te Nijmegen, overl. 17-2-2022 te Lent. Graf 10-10-25.

Maria Charlotte Reuser, geb. 6-12-1948, overl. 10-1-2017. Asbusbijzetting in familiekelder. Graf 25-1A-04.

Maria Nijland-van der Mars, geb. 8-9-1915, overl. 12-6-1998. Asbus bijgezet in familiekelder van der Mars. Graf 7-01-10.

Ann van Driel-van der Mars, geb. 6-7-1921, overl. 27-9-2021. Asbus bijgezet in familiekelder van der Mars. Graf 7-01-10.

Maria Elisabeth Alexandrina Johanna van de Sande-Meijs, geb. 8-9-1942 te Arnhem, overl. 3-4-2022 te Nijmegen. Graf 14-05-07.

Maria Antoinette Hopman-Broeks, geb. 7-9-1931 te Nijmegen, overl. 17-4-2022 te Nijmegen. Bijzetting in graf dochter en echtgenoot. Graf 9-01-14.

Geertruida Margretha de Grood-Daniëls geb. 2-1-1950 te Aalten, overl. 28-1-2022 te Nijmegen. Asbusbijzetting in graf echtgenoot. Graf 2-01-03.

Joseph Johannes Ruiter, geb. 31-7-1928 te Amsterdam, overl. 27-4-2022 te Nijmegen. Bijgezet in graf echtgenote. Graf 35-06-19.

Johannes Matthijs Willemse, geb. 3-4-1935 te Nijmegen, overl. 14-5-2022 te Beek. Graf 14-02-03.

Esther Mols, geb. 4-3-1970, overl. 8-2-2022. Asbusbijzetting. Graf 4-07-04.

Hans P.R. Reintjes, geb. 3-9-1939 te Nijmegen, overl. 27-5-2022 te Nijmegen. Asbus bijgezet in graf familie Reintjes-Boumans. Graf 14-01-01.

Christina Wilhelmina de Boer-van den Berg, geb. 16-11-1925 te Rotterdam, overl. 26-6-2022 te Wijchen. Bijzetting bij haar echtgenoot. Graf 3-03-15.

Gerhard Erwin Seiler, geb. 8-4-1938 te Landsberg Duitsland, overl. 10-7-2022 te Delfzijl. Bijzetting in graf echtgenote. Graf 3-02-06.

Antonia Cornelia Maria Cobussen-van der Burgt, geb. 24-3-1929 te Overasselt, overl. 26-8-2022 te Grave. Bijzetting in graf echtgenoot. Graf 3-01-13.

Beatrix Maria Margaretha Henrica Backus, geb. 9-11-1947 te Venlo, overl. 1-9-2022 te Beek. Graf 31-02-01.

Maria Gertruida Margaretha Engelen-Versteege, geb. 14-7-1938 te Nijmegen, overl. 4-9-2022 te Nijmegen. Bijzetting in graf echtgenoot. Graf 9-05-23.

Carolus Ignatius Edmundus Jansen, geb. 31-1-1933 te Groningen, overl. 14-9-2022 te Nijmegen. Graf 38-2-23.

Anna Elisabeth Maria Mulder, geb. 23-6-1951 te Amsterdam, overl. 5-11-2022 te Amsterdam. Bijzetting in graf moeder. Graf 9-02-27.

Maria Liduina Bernardina Overmeer, geb. 31-1-1958 te Nijmegen, overl. 22-12-2022 te Nijmegen. Graf 5A-03-17.

Stojan Kostadinov, geb. 8-5-1941 te Grad, Joegoslavië, overl. 31-12-2022 te Nijmegen. Graf 10-05-14.

Peter van Schaijk in samenwerking met de stichting begraafplaatsen Nijmegen.

5. Zichtbare sporen van WOII op begraafplaats Daalseweg

Natuurlijk, begraafplaats Daalseweg is getekend door WOII. Met respect denken wij dan aan de vele graven van oorlogsslachtoffers. Al deze slachtoffers, zoals die van het Amerikaanse ‘gelegenheids-bombardement’ op 22 februari 1944, zijn vermeld op het namenmonument dat zich vlak achter de ingang van de begraafplaats bevindt. Ook de slachtoffers die om welke reden destijds geen zichtbaar grafteken kregen of dat niet meer hebben, worden daarin genoemd met de locatie waar ze begraven zijn.

Maar WOII liet nog andere sporen na. Ongeveer zeven maanden na het verschrikkelijke bombardement op Nijmegen installeerden Amerikaanse militairen zich midden op de begraafplaats, nabij vak 14.

Het ging om een mortiereenheid onder commando van luitenant John L. Cooper. Op 19 en 20 september 1944 verbleven zij op deze aparte plek, tussen de graven, om de Duitse stellingen op amper een kilometer afstand, in de benedenstad, met mortieren te bestoken. Het strategische doel was het behoud van de Waalbrug. Deze moest onbeschadigd worden veroverd ten behoeve van de geallieerde opmars.

En daar heeft die eenheid fors aan bijgedragen. In de 24 uur die ze op Daalseweg verbleven, werden 1650 mortieren afgevuurd; bijna 70 projectielen per uur! Voor een indruk van deze vuurkracht spreekt het Amerikaanse onderschrift onder foto 1 voor zich.

Foto 1: “From the cemetery high above the town our mortarman dropped destruction into the German held
city below” (RAN)

Volgens de Amerikanen was Daalseweg vóór die 19e september al ‘badly mauled’, maar de aanwezigheid van een mortiereenheid liet ook vele sporen na. Hun positie bleef natuurlijk niet onopgemerkt, zodat Duits tegenvuur de begraafplaats raakte. De eenheid was goed ingegraven, zoals rechts onder in de foto goed te zien is. Slechts een soldaat raakte gewond.

De grafmonumenten bleven echter onbeschermd en vele monumenten raakten vooral door granaatinslagen beschadigd. Bijna 80 jaar later zijn deze sporen uit WOII nog duidelijk te zien. Zoals in vak 19 op het monumentale grafmonument van scheepsmagnaat Gus Smulders (foto 2).

De levensgrote bronzen vrouwenfiguur op zijn granieten art nouveau grafmonument bevat duidelijk waar te nemen gaten, inslagen van granaatscherven. Ook op het grote granieten kruis met Smulders bronzen portret zijn inslagen goed te zien. Helemaal vooraan, in vak 1, werd de hardstenen stèle van het graf van Hendrina Maas, dochter van een timmerman uit Groesbeek, op verschillende plekken beschadigd (foto 3). Op de bakstenen achterkant (foto 4) van het graf van architect G.A. van den Boogaard en zijn vrouw A. Tilleman in vak 3 is de inslag ook goed waarneembaar. Lopend over de begraafplaats valt duidelijk te constateren dat veel schade zich op de noordoostelijke kant van de grafmonumenten bevindt, veroorzaakt door inslagen vanuit het noordoosten, de richting van waaruit het Duitse tegenvuur afkomstig was. Foto 5 toont de beschadiging op de hardstenen stèle waarop de namen staan van Antonius van Eeuwijk en zijn vrouw Johanna de Graaf (vak 1). Vanaf het trottoir kan men door de spijlen van het hek hun graf goed zien.

Ook het bijzondere zandstenen graf (zie foto 6) van Willem Randag, directeur van de Anton Jurgens Margarinefabrieken, naar model van een klassieke sarcofaag, werd op meerdere plaatsen geraakt door granaatscherven. En de mooie, uit 1898 daterende twee meter hoge stèle van het graf van moeder Anna Catharina Jacobs en haar dochter Anna Maria (foto 7) werd door granaatscherven aan de voor- en achterkant beschadigd.

Hoewel de Waalbrug op 20 september in handen van de geallieerden kwam, probeerden de Duitsers toch nog uit alle macht de brug te beschadigen. Onder meer door de inzet van bommen, afgevuurd uit de richting van de Ooypolder en haar achterland. Op 26 september liep de begraafplaats, als gevolg van een afzwaaier, zware schade op. Het was op de dag dat zuster Alphonsus van Rijckevorsel van Kessel overleed en wegens ‘bevrijdingsgevechten’ niet op Daalseweg begraven kon worden. Voorlopig vond zij haar rustplaats in de kloostertuin van haar orde, de Zusters van Hallo. Later bij het herbegraven van zuster Alphonsus bleek dat de zustergrafkelder een voltreffer had gekregen. De deksteen lag meters van het graf en de kelder moest met stangen en balken gestut worden. Met veel moeite kon de kist in de half ingestorte ruimte een plek op de balken krijgen.

De bominslag op die late septemberdag in 1944 bracht veel schade toe aan de begraafplaats, met name aan de zuidoostelijke kant. Er schijnt daarna ook veel (op)geruimd te zijn.

Bert Eggelaar
Met medewerking van Antoine van Rijsbergen en Wim Desserjer

bronnen:
John Christie, Mortarmen Kept Nijmegen Bridge Open, in: Warweek, 2 december 1944
Sara Albers, Toen en Nu: begraafplaats Daalseweg, in: Wijkkrant Nijmegen-Oost, oktober 2002
Bart Janssen, De zustergraven, in: Bulletin In Paradisum, Nijmegen, 14 november 2016

6. Gedicht door Gerard Kessels

In ons bulletin verschijnt telkens een gedicht gemaakt door iemand uit het dichterscollectief Nijmegen-Oost.
Dit keer van Gerard Kessels.

Gebroken kruis

Decimeterdik het groen en grijs

helling van verval zo`n twintig graden

onopvallend tussen al diezelfde paden

zij het niet dat op de zerk het kruis

breekbaar blijkbaar, in zes stukken steen

openbrak en nu als scheefgenageld lijden

lijkt te vierendelen door de tijd –

almaar verder valt het hart uiteen.

Als een spiegeling van daar beneden

waar ondanks de veelvoud aan gebeden

botten en de nagels van de kist

door de jaren vraatvocht zijn vergaan

traag buiten de tijd komen te staan

elke heugenis voorgoed gewist.

7. Het verhaal van Addy

door Bart Janssen

Al vele jaren organiseert Martijn Vermeulen vanuit het 4 en 5 mei comité Nijmegen een Juniorsymposium voor 80 á 100 leerlingen van de hogere klassen van scholen uit Druten en Nijmegen in Cultureel Centrum LUX aan Mariënburg. Deze leerlingen worden een dagdelen geïnformeerd over de oorlogsgebeurtenissen in Nijmegen.

Eén onderdeel is elk jaar mijn interview met Addy Hendriks-Gerrits, die op 22 februari 1944 bij het Amerikaanse bombardement haar broertje Jopie verloor, maar die zelf als door een wonder aan de vlammen ontkwam. Jopie was een van de 24 kleuters uit de Montessori-kleuterklas aan de Burchtstraat, die door de bommen verwoest werd. Elk jaar is het muisstil in de zaal als ik Addy met mijn PowerPointpresentatie mag interviewen. Haar dramatische herinneringen wil ik graag in ons bulletin vastleggen.

De ouders van Addy, Jo en Dina Gerrits-Giezenaar, waren in 1943 met hun vijf kinderen van de Smetiusstraat naar de Stikke Hezelstraat verhuisd, waar hun atelier voor dames- en kinderkleding met herenkleding kon worden uitgebreid. Als naaisters werden Truus van Caem en Diny Zonnenberg aangenomen. Zij maakten kleding van hoge kwaliteit. Dat werd ook gauw bij de Duitsers bekend. Op zekere dag kwam een hoge Duitse officier in de winkel. Hij wilde zich een maatuniform laten aanmeten. Dina Gerrits wist zich in voorzichtige bewoordingen onder zijn “bevel” uit te werken, maar het werd haar niet in dank afgenomen. Vanaf dat moment merkte zij, dat haar zaak door de Duitsers in de gaten werd gehouden.

Per 21 februari 1944 besloten Truus van Caem en Diny Zonnenberg hun geluk te beproeven bij Haspels, het gerenommeerde modemagazijn op de Burchtstraat en zij namen afscheid van de familie Gerrits. Vooral Jopie vond het afscheid moeilijk. Hij kon het goed vinden met Truus en Diny en zong zelfs af en toe een liedje voor hen.

Op 22 februari waren Addy en Jopie als gebruikelijk met hun lunchtrommeltje weer naar de kleuterschool in de Burchtstraat gelopen. Addy had van haar oma een mooi snoertje met kralen gekregen en dat wilde ze graag aan haar klasgenootjes laten zien, maar de zuster zei, dat ze het snoertje aan de kapstok moest hangen en dat ze het dan onder lunchtijd mocht laten zien. Ze kon haast niet wachten en om kwart over een, toen het luchtalarm van kwart over twaalf werd opgeheven, liet ze Jopie, die zo treuzelde met zijn eten, alleen en liep naar de kapstok. Daar brak de hel los. De bommen vielen en het klaslokaal veranderde in een vlammenzee. In de gang bij de kapstok was de voordeur enigszins naar binnen geklapt en de tengere zuster Beretty, die buiten vóór de deur stond, riep de kinderen naar de deur te komen. Zo lukte het haar zes kinderen uit de oprukkende vuurzee te trekken. Voor 24 kinderen was geen redding meer mogelijk en ook Jopie kwam in de vlammen om.

In de Stikke Hezelstraat, waar de getroffen St. Stevenstoren een aantal huizen had verwoest, was ook het atelier van Gerrits geraakt en de woning was onbewoonbaar geworden. Jo Gerrits had nog kans gezien een aantal naaimachines bij bevriende buren onder te brengen. Daarna was hij hulp gaan verlenen bij kantoorboekhandel en drukkerij Richelle, tegenover hem. Daar hoorde hij, dat de kleuterschool van Jopie ook geraakt was en hij haastte zich naar de Burchtstraat. Eén grote vlammenzee maakte elke reddingsactie onmogelijk. Wanhopig van verdriet moest hij toezien hoe de school van Addy en Jopie een hel was geworden. Die vreselijke boodschap moest hij aan zijn vrouw Dina gaan overbrengen. Hij wist niet dat Addy inmiddels gered was en in een café was ondergebracht. De zes geredde kinderen moesten daar tegen hun zin een slok brandewijn naar binnen werken. De hulpverleners dachten dat ze daardoor wat rustiger zouden worden.

Pas laat in de avond konden Addy en haar vader herenigd worden, maar het verdriet om Jopie was er niet minder om.

Enkele dagen na het bombardement ging het gerucht, dat de Duitsers ondanks het verdriet en de verwoestingen van de afgelopen dagen op zoek waren naar “de man van Dina Gerrits”, die geweigerd had een uniform voor de Duitse officier te maken. Diezelfde dag besloten Jo en Dina Gerrits met hun kinderen naar familie in Babberich te vluchten. Daar hoorden zij, dat de massabegrafenis van de omgekomen kinderen op 6 maart op de begraafplaats aan de Daalseweg zou plaats vinden. De familie wist hen er echter van te overtuigen niet samen maar de begrafenis te gaan. Regelmatig werden treinen beschoten en als zij beiden zouden omkomen, hadden de kinderen geen ouders meer. Jo besloot daarom alleen te gaan.

Door de vele malen, dat de trein moest stoppen, kwam hij te laat in Nijmegen aan. Hij haastte zich met zijn bloemstuk naar de Daalseweg en zag daar dat de begrafenis al was afgelopen. Mevrouw Leenders, die zelf twee kinderen was verloren, liep met hem terug om het graf te wijzen. Totaal gebroken na de inspannende reis legde hij het bloemstuk, dat hij uit Zevenaar had meegebracht, voor het diepe graf, waarin de twee kisten met de stoffelijke resten van de acht omgekomen zusters en van 22 van de 24 kinderen waren neergelaten. Twee kinderen, die nog geïdentificeerd konden worden, werden elders begraven.

Pas vele maanden later, toen het gezin weer naar Nijmegen was gekomen, kon Dina Gerrits het graf van haar zoontje bezoeken. Naast het graf zag zij het grafmonument van de personeelsleden van Haspels en tot haar schrik las ze de gebeitelde namen van Truus van Caem en van Diny Zonnenberg, die daags voor het bombardement uit haar atelier waren vertrokken om bij Haspels te gaan werken.

Jo Gerrits overleed op 13 juli 2001. Hij werd op zijn uitdrukkelijk verzoek naast het grafkapelletje in vak 22 begraven. Zijn vrouw Dina Gerrits-Giezenaar werd na haar overlijden op 3 januari 2005 in het graf bijgezet.

8. Mr. Wijnand Gijsbertus de Knokke van der Meulen (*16 januari 1813 te Oss)

Rond 1900 verhuizen verschillende rijke, soms steenrijke Osse ondernemers naar Nijmegen. De mooie, bosrijke omgeving (zij hielden van de jacht!) en de betere opleidingen voor hun kinderen waren twee belangrijke redenen. Anton Jurgens, de margarinefabrikant, woonde in Villa Belvoir, die door de Nijmegenaren promt “de botervloot” werd genoemd. Zijn broer Frans liet Huize Heijendaal (“het kasteeltje”) bouwen. Anderen, zoals de families Hartog en Van den Bergh kochten statige huizen in de stad. Een oom van Anton, Arnold Jurgens, is begraven op de Daalseweg. Over hem en directeur Randag een andere keer meer.

Foto gemeentearchief Goes

Dit stuk gaat over een andere Ossenaar: Mr. Wijnand Gijsbertus de Knokke van der Meulen. Hij is geboren op 16 januari 1813 als oudste zoon van Gijsbertus Hermanus de Knokke van der Meulen, notaris en burgemeester van Oss van 1821 tot 1843. Anders dan de lange achternaam doet vermoeden is hij niet van adel. Vader Gijsbertus heet eigenlijk “slechts” van der Meulen. De naam van zijn moeder is De Knokke. En terwijl hij op ambtelijke documenten tekent met “Van der Meulen” gebruikt hij in het maatschappelijk verkeer graag beide namen. In het dorpse Oss komt dat heel chique over. Zijn drie zoons gebruiken allemaal de lange vorm en zo is een nieuwe achternaam geboren. Wellicht dat hun vader die naamsverandering ook op enig moment heeft vastgelegd. Hij was immers burgemeester…

Wijnand studeert rechten. In 1834 schrijft zijn vader hem in in het militieregister. Hierdoor weten we dat hij 1 el, 7 palmen, 1 duim en 7 strepen lang is. Hij heeft een lang gezicht, een rond voorhoofd, lichtblauwe ogen, een spitse neus, gewone mond en een ronde kin; zijn haren en wenkbrauwen zijn bruin en hij heeft verder geen bijzondere kenmerken. Volgens het register woont hij op dat moment als student in Elburg. Omdat zijn jongere broer Gijsbert Hermanus voor een militaire loopbaan kiest worden hij en zijn jongste broer Jacob vrijgesteld.

Wijnand kiest voor een loopbaan bij justitie. In 1848 is Substituut Officier van Justitie in Goes (Zeeland). Hij trouwt daar met de twaalf jaar jongere Sara Petronella Lenshoek en wordt daarmee onderdeel van de elite van Goes. Zij is een dochter van Hendrik Lenshoek, heer van Zwake, kantonrechter en lid van Provinciale Staten van Zeeland. Hendriks broer Egbert is notaris en burgemeester. Zijn dochter is getrouwd met een doctor in de medicijnen, zijn zoon is advocaat in Goes.

Samen met zijn echtgenote woont Wijnand op de Ganzenpoortstraat in het centrum van Goes. Hij neemt ook deel aan het maatschappelijke leven. Zo is hij betrokken bij het Comité van Volkslezingen en bij het Comité voor Volksvermaken, dat in 1867 wordt opgericht door vertegenwoordigers van de bovenlaag van Goes. De Goesche Courant van 8 februari 1867 schrijft daarover: “Verdient deze zaak ondersteuning reeds daarom, dat zij de gelegenheid zal openen tot eenige ontspanning voor die standen der maatschappij, voor wie schier alles ontoegankelijk is, wat voor de meer bevoorregten genot oplevert. Wij wenschen de algemeene medewerking vooral, omdat wij daarin het middel zien, om tegemoet te komen aan de vaak geuite klagt, dat ons volk meestal aan die vermakelijkheden zich overgeeft, die of ongepast of voor de zedelijkheid verderfelijk zijn”.

Wijnand eindigt zijn loopbaan als President van de Arrondissement Rechtbank te Goes. Hij vestigt zich vervolgens op 5 mei 1871 als particulier op de Korte Burgstraat, C448, tegenover het stadhuis (later Burchtstraat 24). Dat huis koopt hij van Conrad van Erpers Rooyaards (rentenier). Hij woont er met zijn echtgenote, Sara Petronella Lenshoek, en een dienstbode. Zijn (vermoedelijk) inkomen in 1883 bedraagt 7.000 tot 9.999 gulden. Hij valt daarmee in de 9e klasse, ver verwijderd van de rijkste Nijmegenaar van dat jaar, Arend Noorduijn, die in de 17e klasse voor een vermogen van 40.000 tot 44.999 gulden wordt aangeslagen. (PGNC 10/4/1883)

Samen met andere notabelen waaronder Jan Ivens en Arend Noorduijn neemt hij deel aan de in 1884 opgerichte Maatschappij tot exploitatie van een Vélocipède Baan N.V. Dit was de eerste wielerbaan van Nederland. De vélocipède is een trapfiets met groot voorwiel en klein achterwiel. “De initiatiefnemers hadden 15.000 gulden nodig om de eerste wielerbaan van het land aan te leggen – in onze tijd te vergelijken met bijna twee ton in euro’s. Binnen een half jaar was dit geld bij elkaar vergaard. De baan kwam langs de Groesbeekseweg naast De Vereeniging, waar al een paardenrenbaan lag. De baan was 333 meter lang en met vier puinsoorten ingestampt. De bochten waren een halve meter opgehoogd.”

De ANWB organiseert in augustus van 1885 voor het eerst een bondswedstrijd op de baan in Nijmegen. “Maar de baan bleek ronduit slecht: het oppervlak liet los en er waren steeds meer valpartijen. De baan was te haastig aangelegd. In de bochten brokkelden de vier lagen boerengrauwpuin, hardgrauwpuin, klinkerpuin en fijn klinkerpuin af. Tot overmaat van ramp was de winter van 1890/1891 uitzonderlijk streng en mogelijk vroor de baan toen definitief tot schroot. Door alle barsten in het puin was er niet veilig meer op de Nijmeegse baan te fietsen. Een half jaar later ging de baan in een openbare veiling: de opbrengst was precies één gulden!” (https://nijmegen-oost.nl/uitgelicht/extreem-oost-de-eerste-wielerbaan-van-nederland)

Wijnand heeft dit debakel niet meer meegemaakt. Hij overlijdt op 7 december 1886. Na zijn dood verhuist Sara Lenshoek naar familie in Ede waar zij in 1899 overlijdt. Zij liggen begraven op de begraafplaats aan de Stenenkruisstraat in Nijmegen, rij 01, grafnummer 149.

Agnes Lewe.

9. Terugblik herdenking 22 februari 1944

Behoefte aan intieme herdenking blijft

Op 22 februari 1944 werd de Nijmeegse binnenstad verwoest door tientallen bommen uit Amerikaanse vliegtuigen. Bij deze grootste ramp uit de Nijmeegse geschiedenis vielen bijna achthonderd doden. Het is dan ook hartverwarmend dat de slachtoffers van dit bombardement bijna tachtig jaar later nog steeds massaal worden herdacht. Dat gebeurde woensdag 22 februari jongstleden zoals gebruikelijk op twee plekken in de stad: bij het monument De Schommel en op de Begraafplaats Daalseweg.

De officiële herdenking bij De Schommel trok een paar honderd mensen. Er waren toespraken van Burgemeester Bruls en een vertegenwoordiger van de Amerikaanse ambassade. Een voordrachtskunstenaar gaf een eigen, originele invulling aan het herdenken. Helaas was er geen vertegenwoordiging van de Nederlandse regering. De blazerssectie van Philharmonie Nijmegen tekende voor de stemmige muziek en kinderen van de Montessori-scholen droegen gedichten voor. Waarna de kranslegging volgde. Namens In Paradisum plaatsten Oda Fennema en Jeroen van Zuylen een bloemstuk.

Kranslegging bij monument 'de schommel'

Een intiemere, meer informele herdenking vond plaats op de Begraafplaats Daalseweg. Daar verzamelden zich zo’n vijftig mensen. In zijn welkomstwoord ging Willem Reijnders (St. In Paradisum) in op de verwarring die ontstond direct na het bombardement. Door het gebrek aan communicatiemiddelen leefden velen in een ondraaglijke onzekerheid over het lot van hun dierbaren. Wat is er met hen gebeurd? Zijn ze veilig?

Na het indrukwekkende luiden van de klokken en de twee minuten stilte volgden rondleidingen langs graven van bombardementsslachtoffers. Ook werd even stilgestaan bij het monument voor de vier Nijmegenaren die omkwamen bij de ontploffing op 8 juni 1948 in de Diogenesbunker in Schaarsbergen. Daar lag ‘geallieerde’ munitie opgeslagen en bij het verplaatsen daarvan ging het mis. Omdat dit na de oorlog is gebeurd, vallen deze oorlogsslachtoffers bij elke herdenking tussen wal en schip.

De middag werd muzikaal omlijst door sfeervolle bijdragen van Duo Messingh en afgesloten in de Lutherse Kerk waar vrijwilligers zorgden voor koffie en een heerlijke kop soep.

10. Terugblik NL DOET dag op de begraafplaats Daalseweg zaterdag 11 maart j.l.

Het Oranje Fonds organiseerde op 15 en 16 maart jongsleden, samen met duizenden sociaalmaatschappelijke organisaties in het land, NLDOET; de grootste vrijwilligersactie van Nederland.

Even het vrijwilligerswerk in de spotlights en de uitnodiging aan iedereen om een dagje het verschil te maken en ertoe te doen.

Zo ook voor onze stichting een goed moment om op zaterdag 15 maart hiermee aan de slag te gaan. Een tiental vrijwilligers hadden zich hiervoor aangemeld en togen met frisse moed en veel animo de begraafplaats op. Na een korte uitleg werd groepsgewijs begonnen met het voornamelijk onkruidvrij maken van grafzerken. Een hele klus omdat juist deze oude monumentale begraafplaats vele “onzichtbare” zerken herbergt.

Een fijne groep, veel werk gedaan, terugkijkend met grote voldoening, dat was de eindconclusie op het samenzijn in het plaatselijke café onder het genot van een drankje en appeltaart.

Los van deze NLDOET ochtend werd ook geopperd vaker een dergelijke actie te organiseren. Wij als stichting gaan hiermee aan de slag.

11. Rondleidingen 2023

Begraafplaats Daalseweg
Rondleidingen op zondagen 28 mei, 25 juni en 30 juli 2023.
Verzamelen bij de poort van de begraafplaats.
Om 14:00 uur door Bert Eggelaar met aandacht voor symboliek, vormgeving, kunst en kunstnijverheid.
Om 15:00 uur door Bart Janssen, aandacht voor graven met een bijzonder verhaal.

Op de Open Monumentendagen, 9 en 10 september 2023 zijn er speciale rondleidingen om 13:00 uur en 14:30 uur.

Begraafplaats Stenenkruisstraat
Rondleidingen op zondagen 28 mei, 25 juni en 30 juli 2023 om 12:00 uur
Verzamelen bij het gebouwtje hoek Prins Bernardstraat en Athelonepad.

Op de Open Monumentendagen, 9 en 10 september 2023 is de begraafplaats van 11:00 – 17:00 toegankelijk. Rondleidingen worden gegeven om 11.30 uur en om 14.30 uur en voorts op verzoek van bezoekers ook op andere momenten.

Begraafplaats Dorpsstraat Neerbosch
Op het kerkhof naast het “Witte Kerkje” aan de Dorpsstraat te Neerbosch zijn in de afgelopen jaren door vrijwilligers 48 graflocaties aan de oppervlakte gebracht. In de periode mei tot en met augustus 2017 werd dit kerkhof vakkundig gerestaureerd.
Op zaterdag 9 september 2023, tijdens Open Monumentendag, is er van 11:00 uur tot 17:00 uur iemand aanwezig die u nader kan informeren.

12. Colofon

‘In Paradisum’ is het bulletin van de gelijknamige stichting,
het verschijnt maximaal driemaal per jaar.

De Stichting In Paradisum stelt zich tot doel de cultuurhistorische, kunsthistorische en landschappelijke waarden van de Nijmeegse monumentale begraafplaatsen te beschermen en te behouden. De focus op dit funeraire erfgoed komt tot uitdrukking in diverse activiteiten: het behartigen van de belangen van nabestaanden, het inventariseren en documenteren van grafmonumenten, het organiseren van tuinier ochtenden, en het verspreiden van kennis over de begraafplaatsen door de uitgave van dit bulletin, via een website, publicaties, en door het geven van rondleidingen op de begraafplaatsen.

De Stichting In Paradisum en haar voorgangers treden sinds 1972 op als gespreks- en onderhandelingspartner met beheerders en de gemeente Nijmegen over ontwikkeling, verbetering of verandering binnen de Nijmeegse begraafplaatsen, vooral als dit publieke, algemene belangen of belangen van nabestaanden betreft.

Vanouds zet de stichting zich in het bijzonder in voor de voormalige R.K. Begraafplaats Daalseweg. Ieder jaar organiseert de stichting hier op 22 februari, samen met de gemeente Nijmegen, een herdenking voor de vele slachtoffers van het bombardement in 1944 die hier begraven liggen. Ook wil de stichting de begraaflocaties in Nijmegen digitaal beschikbaar maken. In samenwerking met de SBN (Stichting Begraafplaatsen Nijmegen) worden hiertoe de registers van begravingen en ‘verloven tot begraving’ verwerkt.

De afbeeldingen en foto’s in deze uitgave zijn – tenzij anders is vermeld – genomen uit de “Collectie van In Paradisum”. Redactionele bijdragen van lezers en derden zijn welkom, mits digitaal aangeleverd en maximaal 2 pagina’s A4. De redactie beslist evenwel over plaatsing. Voor grotere producties is overleg vooraf met de redactie wenselijk.

De jaarlijkse bijdrage aan de Stichting In Paradisum, die geheel werkt met vrijwilligers, is minimaal € 12,50. Het bedrag kan worden overgemaakt op (IBAN) bankrekeningnr. NL86ABNA0475424336 ten name van Stichting In Paradisum te Nijmegen. De penningmeester dankt u voor het overmaken van uw bijdrage voor 2023.

Stichting In Paradisum
Zonnebloemstraat 26, 6542 NG Nijmegen
T 06-48820433
e stichtinginparadisum@kpnmail.nl
www.stichtinginparadisum.nl